Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Sauger:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Sauger (Duits) in het Frans

Sauger:

Sauger [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Sauger (Schnuller; Nuckel)
    la tétine; la sucette
    • tétine [la ~] zelfstandig naamwoord
    • sucette [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Sauger
    le siphon
    • siphon [le ~] zelfstandig naamwoord

Sauger [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Sauger (Schnuller; Nuckel)
    la consolatrice

Vertaal Matrix voor Sauger:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
consolatrice Nuckel; Sauger; Schnuller
siphon Sauger Geruchsverschluß; Siphon; Siphonflasche; Siphonverschluß; Spritzflasche
sucette Nuckel; Sauger; Schnuller Dauerlutscher; Lutscher; Lutschstange
tétine Nuckel; Sauger; Schnuller Brustwarze; Euter; Mamilla; Zitze

Wiktionary: Sauger


Cross Translation:
FromToVia
Sauger suceur; suceuse sucker — someone or something that sucks
Sauger tétine teat — bottle top

Säuger:


Synoniemen voor "Säuger":

  • Säugetier; Warmblüter; Schädeltier; Vertebrat; Vertebraten; Wirbeltier