Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. unbestechlich:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor unbestechlich (Duits) in het Nederlands

unbestechlich:

unbestechlich bijvoeglijk naamwoord

  1. unbestechlich
    onomkoopbaar
  2. unbestechlich (objektiv; sachlich; kalt; )
    objectief; onpartijdig

Vertaal Matrix voor unbestechlich:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
objectief dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch
onomkoopbaar unbestechlich
onpartijdig dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch

Synoniemen voor "unbestechlich":

  • integer; nicht korrupt; nicht käuflich

Wiktionary: unbestechlich

unbestechlich
adjective
  1. niet vatbaar voor omkoping en corruptie

Computer vertaling door derden: