Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
Cousin:
-
Wiktionary:
Cousin → kozijn, neef
Cousin → volle nicht, volle neef, nicht, neef, kozijn -
Synoniemen voor "Cousin":
Kusin; Vetter; Angehöriger; Familienangehöriger; Familienmitglied; Verwandter
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Cousin (Duits) in het Nederlands
Spelling Suggesties voor: Cousin
Cousin:
Synoniemen voor "Cousin":
Computer vertaling door derden:
Nederlands