Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Einrichtung

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Einrichtung

Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Einrichtung:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Einrichtung (Duits) in het Nederlands

Einrichtung:

Einrichtung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Einrichtung (Ausstattung)
    de inrichting; de aankleding; de versiering; de decoratie
  2. die Einrichtung (Instanz; Dienststelle; Stelle; Anstalt; Amt)
    de organisatie; de instelling; de instantie; het lichaam
  3. die Einrichtung (Anordnung; Einteilung; Aufstellung; )
    het arrangement; de indeling; de opstelling; de schikking; de ordening; de rangschikking
  4. die Einrichtung (Irrenanstalt; psychiatrische Klinik; Anstalt; Nervenheilanstalt; Irrenhaus)
    psychiatrische inrichting; het gekkenhuis; het krankzinnigengesticht; krankzinnigeninrichting; dolhuis; de inrichting; het gesticht
  5. die Einrichtung (Pflege; Versorgung; Sorge; )
    de verzorging; de zorg; de verpleging
    • verzorging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • zorg [de ~] zelfstandig naamwoord
    • verpleging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  6. die Einrichtung (Dekoration)
    de aankleding; de decoratie
  7. die Einrichtung (Abzeichen; Ehrenzeichen; Gestaltung; )
    het merkteken; het onderscheidingsteken; het kenteken

Vertaal Matrix voor Einrichtung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aankleding Ausstattung; Dekoration; Einrichtung
arrangement Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung Anordnung; Arrangement; Fügung; Ordnung; Regelung
decoratie Ausstattung; Dekoration; Einrichtung Ausschmückung; Orden; Ordenszeichen; Unterscheidungsmerkmal; Unterscheinungszeichen; Verzierung
dolhuis Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik
gekkenhuis Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik Irrenanstalt; Irrenhaus
gesticht Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik
indeling Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung Anordnung; Layout
inrichting Anstalt; Ausstattung; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik Innenausstattung; Wohnungseinrichting; Wonungsausstattung
instantie Amt; Anstalt; Dienststelle; Einrichtung; Instanz; Stelle Autorität
instelling Amt; Anstalt; Dienststelle; Einrichtung; Instanz; Stelle Abstellung; Anordnung; Einstellung; Errichtung; Geistesverfassung; Gemütslage; Gemütszustand; Gleichschaltung; Gleichstellung; Gründung; Haltung; Mentalität; Scharf stellen; Stiftung
kenteken Abzeichen; Auszeichnung; Dekoration; Ehrenzeichen; Einkleidung; Einrichtung; Erkennen; Formgebung; Gestaltung; Orden; Unterscheidung; Unterscheidungsmerkmal Abzeichen; Brandzeichen; Erkennungszeichen; Kennzeichen; Markierung; Merkmal; Merkzeichen; Nummernschild; Vermerk; Zeichen
krankzinnigengesticht Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik
krankzinnigeninrichting Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik
lichaam Amt; Anstalt; Dienststelle; Einrichtung; Instanz; Stelle Anatomie; Korpus; Körper; Leib; Rumpf
merkteken Abzeichen; Auszeichnung; Dekoration; Ehrenzeichen; Einkleidung; Einrichtung; Erkennen; Formgebung; Gestaltung; Orden; Unterscheidung; Unterscheidungsmerkmal Kennzeichen; Merkmal; Merkzeichen
onderscheidingsteken Abzeichen; Auszeichnung; Dekoration; Ehrenzeichen; Einkleidung; Einrichtung; Erkennen; Formgebung; Gestaltung; Orden; Unterscheidung; Unterscheidungsmerkmal Orden; Unterscheidungsmerkmal; Unterscheidungszeichen; Unterscheinungszeichen; Zeichen
opstelling Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung
ordening Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung Anordnung; Aufbau; Aufeinanderfolge; Aufstellung; Bau; Einteilung; Gestaltung; Konstruktion; Ordnung; Rangordnung; Struktur; System; Zusammensetzung
organisatie Amt; Anstalt; Dienststelle; Einrichtung; Instanz; Stelle Anordnung; Aufbau; Aufeinanderfolge; Aufstellung; Bau; Einteilung; Fusion; Gemeinschaft; Genossenschaft; Geselligkeitsverein; Gesellschaft; Gestaltung; Gilde; Gruppe; Handwerksgilde; Klub; Konstruktion; Korporation; Kreis; Ordnung; Organisation; Rangordnung; Runde; Struktur; System; Verein; Vereinigung; Zusammensetzung
psychiatrische inrichting Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik Nervenheilanstalt
rangschikking Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung Rangordnung; Reihenfolge
schikking Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung Abmachung; Beilegung; Bestimmung; Einigung; Erledigung; Maßnahme; Regeln; Regelung; Regulierung; Schlichtung; Vereinbarung; Vergleich
verpleging Betreuung; Einrichtung; Fürsorge; Krankenpflege; Pflege; Sorge; Versorgung Krankenpflege; Pflege
versiering Ausstattung; Einrichtung Aufscchmuck; Ausrüstung; Ausschmückung; Ausstaffierung; Ausstattung; Girlande; Ordenszeichen; Putz; Schmuck; Verzierung; Zierde
verzorging Betreuung; Einrichtung; Fürsorge; Krankenpflege; Pflege; Sorge; Versorgung Betreuung; Sorge; Unterhalt; Versorgung
zorg Betreuung; Einrichtung; Fürsorge; Krankenpflege; Pflege; Sorge; Versorgung Administration; Besorgnis; Besorgtheit; Betreuung; Kontrolle; Sorge; Versorgung; Verwaltung
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gesticht errichtet; gegründet

Synoniemen voor "Einrichtung":


Wiktionary: Einrichtung

Einrichtung
noun
  1. ein Ort, der zu einem bestimmten Zweck errichtet wurde
  2. Vorbereitung eines Computers, um mit ihm arbeiten zu können
  3. ein elektronisches oder technisches Gerät
  4. (Wohnung) Möbel und Dekoration
  5. die Handlung, etwas zu gründen bzw. zu erstellen
Einrichtung
noun
  1. keer dat je iets instelt, of wat ingesteld is
  2. organisatie, die vaak subsidie van de overheid krijgt en geen geld wil verdienen
Cross Translation:
FromToVia
• Einrichtung → apparaat; toestel ↔ device — piece of equipment
• Einrichtung → voorziening; inrichting; faciliteit ↔ facility — physical means of doing something
• Einrichtung → instelling; fundering; oprichting; stichting; vestiging ↔ fondation — Action de fonder, de bâtir la base de quelque chose ; commencement de quelque chose de durable.

Verwante vertalingen van Einrichtung







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0497 seconde
Page rendered in 1.0 seconds