Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
abkommandieren:
-
Wiktionary:
abkommandieren → oproepen, ronselen -
Synoniemen voor "abkommandieren":
abordnen; aussenden; beordern; delegieren; deputieren; entsenden; fortschicken; schicken; wegschicken
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor abkommandieren (Duits) in het Nederlands
abkommandieren:
Synoniemen voor "abkommandieren":
Wiktionary: abkommandieren
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• abkommandieren | → oproepen; ronselen | ↔ draft — to conscript a person |