Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
Anwohner:
-
Wiktionary:
Anwohner → aanwonende -
Synoniemen voor "Anwohner":
Anrainer; Nachbar; Nebenmann
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Anwohner (Duits) in het Nederlands
Spelling Suggesties voor: Anwohner
Anwohner:
Synoniemen voor "Anwohner":
Wiktionary: Anwohner
Anwohner
noun
-
jemand, der unmittelbar neben etwas wohnt, dessen Grundstück an etwas angrenzt
- Anwohner → aanwonende
Computer vertaling door derden: