Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Fangnetz:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Fangnetz (Duits) in het Nederlands

Fangnetz:

Fangnetz [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Fangnetz (Netz; Geflecht)
    het netwerk; de net
    • netwerk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • net [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. Fangnetz (Schutznetz)
    het vangnet
    • vangnet [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. Fangnetz (Fischnetz; Fischreuse)
    het visnet; visfuik
    • visnet [het ~] zelfstandig naamwoord
    • visfuik [znw.] zelfstandig naamwoord
  4. Fangnetz (Sprungnetz)
    het valnet
    • valnet [het ~] zelfstandig naamwoord
  5. Fangnetz
    de vangzeilen

Vertaal Matrix voor Fangnetz:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
net Fangnetz; Geflecht; Netz Fernsehkanal
netwerk Fangnetz; Geflecht; Netz Netz; Netzwerk
valnet Fangnetz; Sprungnetz Rettungsnetz
vangnet Fangnetz; Schutznetz
vangzeilen Fangnetz
visfuik Fangnetz; Fischnetz; Fischreuse
visnet Fangnetz; Fischnetz; Fischreuse Angelgerät; Fischereigerät; Fischernetz; Fischzeug
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
net akkurat; anständig; eigen; eingehend; genau; gerade; gerade eben; gewissenhaft; haargenau; keusch; korrekt; neulich; pünktlich; rein; richtig; sicher; sittsam; sorgfältig; vorhin; züchtig

Wiktionary: Fangnetz

Fangnetz
noun
  1. vangstnet

Computer vertaling door derden: