Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
losgehen auf:
-
Wiktionary:
losgehen auf → aangrijpen, aantasten, aanvallen, tackelen, attaqueren, aanranden
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor losgehen auf (Duits) in het Nederlands
losgehen auf: (*Woord en zin splitter gebruikt)
Wiktionary: losgehen auf
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • losgehen auf | → aangrijpen; aantasten; aanvallen; tackelen; attaqueren; aanranden | ↔ assaillir — propre|fr (figuré) attaquer vivement par surprise. |
| • losgehen auf | → aangrijpen; aantasten; aanvallen; tackelen; attaqueren | ↔ attaquer — assaillir par agression. |