Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Täter

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Täter

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Täter:
- dader; bedrijver
Wiktionary:
- Täter → dader
- Täter → dader, schuldige, bedrijver

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

tater:
- Schwätzer

Duits

Uitgebreide vertaling voor Täter (Duits) in het Nederlands

Täter:

Täter [der ~] zelfstandig naamwoord

der Täter
de dader
- dader [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
der Täter (Macher)
bedrijver
- bedrijver [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Täter:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bedrijver	Macher; Täter
dader	Täter

Synoniemen voor "Täter":

Delinquent; Malefikant; Charakter; Einzelwesen; Individuum; Mensch; Person; Persönlichkeit; Subjekt; Typ
Gesetzesbrecher; Krimineller; schwerer Junge; Straftäter; Verbrecher

Wiktionary: Täter

Täter

noun

iemand die iets (slechts) gedaan heeft
- dader → Täter

Cross Translation:

From	To	Via
• Täter	→ dader; schuldige	↔ culprit — culprit
• Täter	→ schuldige	↔ offender — a person who commits an offense against the law
• Täter	→ dader; bedrijver	↔ perpetrator — one who perpetrates

Computer vertaling door derden:

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Täter (Nederlands) in het Duits

tater:

tater [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de tater
der Schwätzer
- Schwätzer [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tater:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Schwätzer	tater	bluffer; bluffers; dikdoener; druktemaker; opschepper; opscheppers; opsnijders; pocher; pochers; praalhansen; praatjesmakers; showbinken; snoever; snoevers; veelprater; windbuil; windbuilen; zenuwlijder; zwammers

Verwante woorden van "tater":

tateren, taters, tatertje

Computer vertaling door derden: