Duits
Uitgebreide vertaling voor Hausarbeiten (Duits) in het Nederlands
Hausarbeiten: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- Haus: huis; perceel; bouwwerk; gebouw; pand; honk; gebied; terrein; kavel; bouwterrein; blok; vastgoed; onroerende zaken; onroerende goederen; speelgoedblok; complex
- arbeiten: werken; arbeiden; leven; optreden; handelen; opereren; manipuleren; te werk gaan; procederen
- Hau: klap; harde slag
- Arbeiten: werkzaamheden; werken; functioneren
Spelling Suggesties voor: Hausarbeiten
Computer vertaling door derden: