Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Oktober

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Oktober

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Oktober:
- oktober
Wiktionary:
- Oktober → oktober
- Oktober → oktober

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

oktober:
- Oktober
Wiktionary:
- oktober → Oktober
- oktober → Oktober

Duits

Uitgebreide vertaling voor Oktober (Duits) in het Nederlands

Oktober:

Oktober [der ~] zelfstandig naamwoord

der Oktober
de oktober
- oktober [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Oktober:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
oktober	Oktober

Synoniemen voor "Oktober":

zehnter Monat des Jahres; Jahreszwölftel; Monat

Wiktionary: Oktober

Oktober

noun

der zehnte Monat des Kalenderjahres
- Oktober → oktober

Cross Translation:

From	To	Via
• Oktober	→ oktober	↔ October — tenth month of the Gregorian calendar

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Oktober (Nederlands) in het Duits

oktober:

oktober [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de oktober
der Oktober
- Oktober [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor oktober:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Oktober	oktober

Verwante definities voor "oktober":

tiende maand van het jaar¹
- in oktober is het herfst¹

Wiktionary: oktober

oktober

noun

der zehnte Monat des Kalenderjahres
- Oktober → oktober

Cross Translation:

From	To	Via
• oktober	→ Oktober	↔ October — tenth month of the Gregorian calendar

¹Muiswerk Woordenboek