Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
vorausahnen:
-
Wiktionary:
vorausahnen → anticiperen, prejudiciëren, vooruitlopen, vooruitlopen op -
Synoniemen voor "vorausahnen":
ausgehen; ahnen; annehmen; erahnen; erwarten; glauben; meinen; mutmaßen; orakeln; schwanen; schätzen; spekulieren; vermuten; voraussehen; vorstellen; wittern
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor vorausahnen (Duits) in het Nederlands
Spelling Suggesties voor: vorausahnen
vorausahnen:
Synoniemen voor "vorausahnen":
Wiktionary: vorausahnen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vorausahnen | → anticiperen; prejudiciëren; vooruitlopen; vooruitlopen op | ↔ anticiper — devancer. |
Computer vertaling door derden: