Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Annonce:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. annonce:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Annonce (Duits) in het Nederlands

Annonce:

Annonce [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Annonce (Anzeige; Annoncieren; Inserat)
    de advertentie; adverteren; de aankondiging; annonceren; de annonce; annoncering

Vertaal Matrix voor Annonce:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aankondiging Annonce; Annoncieren; Anzeige; Inserat Ankündigung; Ausruf; Ausrufung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Benachrichtigung; Bericht; Kundgebung; Meldung; Mitteilung; Nachricht; Verkündigung; Verlautbarung; Veröffentlichung
advertentie Annonce; Annoncieren; Anzeige; Inserat Anzeige; Werbung
adverteren Annonce; Annoncieren; Anzeige; Inserat
annonce Annonce; Annoncieren; Anzeige; Inserat
annonceren Annonce; Annoncieren; Anzeige; Inserat
annoncering Annonce; Annoncieren; Anzeige; Inserat
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
adverteren annoncieren; anzeigen; inserieren
annonceren annoncieren; anzeigen; inserieren; verkünden

Synoniemen voor "Annonce":


Wiktionary: Annonce

Annonce
noun
  1. een aankondiging in een krant, reclameblad, tijdschrift ...
  2. aankondiging

Cross Translation:
FromToVia
Annonce advertentie; reclame advertisement — commercial solicitation



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Annonce (Nederlands) in het Duits

annonce:

annonce [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de annonce (advertentie; adverteren; aankondiging; annonceren; annoncering)
    die Anzeige; die Annonce; Annoncieren; Inserat

Vertaal Matrix voor annonce:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Annonce aankondiging; advertentie; adverteren; annonce; annonceren; annoncering
Annoncieren aankondiging; advertentie; adverteren; annonce; annonceren; annoncering aankondigen; bekendmaken; melden
Anzeige aankondiging; advertentie; adverteren; annonce; annonceren; annoncering aangeven; aangifte; advertentie; beeldscherm; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; melding; opheldering; proces verbaal; rapport; statement; symptoom; toelichting; uitlegging; verklaring; ziektesymptoom
Inserat aankondiging; advertentie; adverteren; annonce; annonceren; annoncering

Verwante woorden van "annonce":

  • annonces

Wiktionary: annonce

annonce
noun
  1. aankondiging