Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Erstarrung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Erstarrung (Duits) in het Nederlands

Erstarrung:

Erstarrung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Erstarrung (Gerinnen; Gerinnungsmittel)
    de stolling
    • stolling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. die Erstarrung (Versteifung)
    de verstijving
  3. die Erstarrung (Hölzernheit; Starrheit; Starrsinn; Steifheit; Störrigkeit)
    de starheid; de houterigheid; harkerigheid
  4. die Erstarrung
    verstijfdheid

Vertaal Matrix voor Erstarrung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
harkerigheid Erstarrung; Hölzernheit; Starrheit; Starrsinn; Steifheit; Störrigkeit
houterigheid Erstarrung; Hölzernheit; Starrheit; Starrsinn; Steifheit; Störrigkeit
starheid Erstarrung; Hölzernheit; Starrheit; Starrsinn; Steifheit; Störrigkeit Härte; Schwierigkeit; Starre; Starrheit; Starrsinn; Steife; Steifheit; Störrigkeit
stolling Erstarrung; Gerinnen; Gerinnungsmittel
verstijfdheid Erstarrung
verstijving Erstarrung; Versteifung

Synoniemen voor "Erstarrung":


Wiktionary: Erstarrung


Cross Translation:
FromToVia
Erstarrung verstarring; letargie torpor — being inactive or stuporous
Erstarrung verslagenheid; verdoving torpeur — médecine|fr zoologie|fr engourdissement, somnolence, ralentissement des fonctions vitales.

Computer vertaling door derden: