Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Freistellung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Freistellung (Duits) in het Nederlands

Freistellung:

Freistellung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Freistellung (Absolution; Lossprechung)
    de absolutie; de kwijtschelding; het pardon

Vertaal Matrix voor Freistellung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
absolutie Absolution; Freistellung; Lossprechung
kwijtschelding Absolution; Freistellung; Lossprechung Amnestie; Begnadigung; Erlassung; Gnade; Grazie; Vergebung; Verzeihung
pardon Absolution; Freistellung; Lossprechung Begnadigung; Entschuldigung; Erbarmen; Erlassung; Gnade; Grazie; Justifikation; Pardon; Rechtfertigung; Vergebung; Verzeihung
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pardon entschuldigung; verzeihung

Synoniemen voor "Freistellung":


Wiktionary: Freistellung


Cross Translation:
FromToVia
Freistellung ontheffing; vrijstelling exemption — act of exempting
Freistellung verlof leave — absence from work