Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Frisur

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Frisur

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Frisur:
- kapsel; frisuur; coiffure
Wiktionary:
- Frisur → haardracht, frissuur, kapsel
- Frisur → coiffure, kapsel

Duits

Uitgebreide vertaling voor Frisur (Duits) in het Nederlands

Frisur:

Frisur [die ~] zelfstandig naamwoord

die Frisur (Haarschnitt; Schnitt)
het kapsel; de frisuur; de coiffure
- kapsel [het ~] zelfstandig naamwoord
- frisuur [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- coiffure [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Frisur:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
coiffure	Frisur; Haarschnitt; Schnitt	Fasson; Schnitt
frisuur	Frisur; Haarschnitt; Schnitt
kapsel	Frisur; Haarschnitt; Schnitt

Synoniemen voor "Frisur":

Haarschnitt; Schnitt

Wiktionary: Frisur

Frisur

noun

Art, wie die Haare schneiden und aufmachen sind
- Frisur → haardracht; frissuur; kapsel

Frisur

noun

de manier waarop het haar geknipt is
- kapsel → Frisur

Cross Translation:

From	To	Via
• Frisur	→ coiffure; kapsel	↔ coiffure — Manière dont on arrange les cheveux.