Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Gutschein:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Gutschein (Duits) in het Nederlands

Gutschein:

Gutschein [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Gutschein
    de waardebon; de tegoedbon
  2. der Gutschein (Geschenkgutschein)
    de cadeaubon
  3. der Gutschein (Voucher)
    de coupons; reclamebonnen

Vertaal Matrix voor Gutschein:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cadeaubon Geschenkgutschein; Gutschein
coupons Gutschein; Voucher
reclamebonnen Gutschein; Voucher
tegoedbon Gutschein
waardebon Gutschein

Synoniemen voor "Gutschein":


Wiktionary: Gutschein


Cross Translation:
FromToVia
Gutschein (tegoed)bon voucher — A piece of paper that entitles the holder to a discount, or that can be exchanged for goods and services