Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Influenza:
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. influenza:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Influenza (Duits) in het Nederlands

Influenza:


Synoniemen voor "Influenza":


Wiktionary: Influenza

Influenza
noun
  1. Medizin: eine akute, fieberhafte Virus-Infektion, vorwiegend mit Entzündung der Atemwege, welche endemisch, epidemisch oder pandemisch auftritt und durch das Influenza-Virus verursacht wird

Cross Translation:
FromToVia
Influenza griep influenza — an acute contagious disease of the upper airways and lungs



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Influenza (Nederlands) in het Duits

influenza:

influenza [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de influenza (griep)
    die Grippe
    • Grippe [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor influenza:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Grippe griep; influenza

Verwante vertalingen van Influenza