Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Karotte

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Karotte

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Karotte:
- kroot; wortel; peen
Wiktionary:
- Karotte → wortel
- Karotte → wortel, peen

Duits

Uitgebreide vertaling voor Karotte (Duits) in het Nederlands

Karotte:

Karotte [die ~] zelfstandig naamwoord

die Karotte (Möhre; Wurzel; Mohrrübe)
de kroot; de wortel
- kroot [de ~] zelfstandig naamwoord
- wortel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
die Karotte (Wurzel; Möhre; Mohrrübe)
de wortel; de peen
- wortel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- peen [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Karotte:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kroot	Karotte; Mohrrübe; Möhre; Wurzel
peen	Karotte; Mohrrübe; Möhre; Wurzel
wortel	Karotte; Mohrrübe; Möhre; Wurzel

Synoniemen voor "Karotte":

Gelbe Rübe; Gelbrübe; Mohrrübe; Möhre; Gemüse; Grünzeug
Gelbe Rübe; Wurzel

Wiktionary: Karotte

Karotte

noun

regional: die Möhre (Daucus carota ssp. sativus) allgemein
- Karotte → wortel

Cross Translation:

From	To	Via
• Karotte	→ wortel; peen	↔ carrot — orange root vegetable
• Karotte	→ wortel; peen	↔ carotte — Légume