Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Länge

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Länge

Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Länge:
  2. langen:
  3. Wiktionary:
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. lang:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Länge (Duits) in het Nederlands

lange:


Synoniemen voor "lange":


Wiktionary: lange

Cross Translation:
FromToVia
• lange → lang ↔ longtemps — Pendant un long temps.

Länge:

Länge [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Länge (lange Dauer)
    de lengte; de langdurigheid
  2. die Länge
    longitude; de lengte
    • longitude [znw.] zelfstandig naamwoord
    • lengte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. die Länge
    de tijdsduur
  4. die Länge (Zeitspanne; Dauer)
    de tijdsduur; de duur; de tijdspanne; de lengte
    • tijdsduur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • duur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • tijdspanne [de ~] zelfstandig naamwoord
    • lengte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Länge:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
duur Dauer; Länge; Zeitspanne Dauer
langdurigheid Länge; lange Dauer
lengte Dauer; Länge; Zeitspanne; lange Dauer
longitude Länge
tijdsduur Dauer; Länge; Zeitspanne Abschnitt; Periode; Spanne; Termin; Zeitabschnitt; Zeitraum; Zeitspanne; Zwischenzeit
tijdspanne Dauer; Länge; Zeitspanne
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
duur edel; kostbar; kostspielig; teuer

Wiktionary: Länge

Cross Translation:
FromToVia
• Länge → lengte ↔ length — measurement of distance
• Länge → lengte; tijdsduur; overmaat; langdurigheid; traagheid ↔ longueur — Mesure de la distance

Länge vorm van langen:

langen werkwoord (lange, langst, langt, langte, langtet, gelangt)

  1. langen (genügen)
    toereikend zijn; genoeg zijn
    • toereikend zijn werkwoord (ben toereikend, bent toereikend, was toereikend, waren toereikend, toereikend geweest)
    • genoeg zijn werkwoord (is genoeg, was genoeg, genoeg geweest)

Conjugations for langen:

Präsens
  1. lange
  2. langst
  3. langt
  4. langen
  5. langt
  6. langen
Imperfekt
  1. langte
  2. langtest
  3. langte
  4. langten
  5. langtet
  6. langten
Perfekt
  1. bin gelangt
  2. bist gelangt
  3. ist gelangt
  4. sind gelangt
  5. seid gelangt
  6. sind gelangt
1. Konjunktiv [1]
  1. lange
  2. langest
  3. lange
  4. langen
  5. langet
  6. langen
2. Konjunktiv
  1. langte
  2. langtest
  3. langte
  4. langten
  5. langtet
  6. langten
Futur 1
  1. werde langen
  2. wirst langen
  3. wird langen
  4. werden langen
  5. werdet langen
  6. werden langen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde langen
  2. würdest langen
  3. würde langen
  4. würden langen
  5. würdet langen
  6. würden langen
Diverses
  1. lang!
  2. langt!
  3. langen Sie!
  5. gelangt
  6. langend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor langen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
genoeg zijn genügen; langen
toereikend zijn genügen; langen

Verwante vertalingen van Länge



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Länge (Nederlands) in het Duits

Länge vorm van lang:

lang bijvoeglijk naamwoord

  1. lang
    lang
    • lang bijvoeglijk naamwoord
  2. lang
    groß
    • groß bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor lang:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
groß groots; grootschalig; reuze
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
groß lang ampel; breedvoerig; driedubbel; driemaal zo groot; drievoudig; enorm; flink; fors; gigantisch; groot; groots; heel erg; immens; in details; in zeer hoge mate; kolossaal; omstandig; potig; reusachtig; reuze; rijzig; stevig; uitgebreid; uitgewerkt; uitvoerig; weids; zeer groot
lang lang eindeloos; ellenlang; ontzettend lang; waar geen eind aan komt

Verwante woorden van "lang":


Antoniemen van "lang":


Verwante definities voor "lang":

  1. met een bepaalde lengte1
    • hij is wel twee meter lang1
  2. met een bepaalde tijd1
    • een schooljaar lang heeft hij gespijbeld1
  3. met een grote lengte1
    • mijn broer is erg lang1
  4. wat een hele tijd duurt1
    • we hebben lang gepraat1

Wiktionary: lang

lang
adjective
  1. van grote duur
  2. van grote lengte
lang
adjective
  1. große Ausmaße, große räumliche Ausmaße habend; über große Ausmaße, große Ausdehnung verfügend
Cross Translation:
FromToVia
• lang → ausführlich ↔ at length — for a long time
• lang → lang ↔ long — having much distance from one point to another
• lang → lang ↔ long — having great duration
• lang → groß ↔ tall — of a person
• lang → lang ↔ long — Qualifie des objets considérer dans leur dimension d’une extrémité à l’autre, par opposition à court.
• lang → lange ↔ longtemps — Pendant un long temps.

Verwante vertalingen van Länge







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0713 seconde
Page rendered in 1.0 seconds