Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Luftröhre:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Luftröhre (Duits) in het Nederlands

Luftröhre:

Luftröhre [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Luftröhre
    de trachea; de luchtpijp; bronchie
  2. die Luftröhre
    de longpijp
  3. die Luftröhre (Luftkanal; Lüftungsschacht; Zugloch; Luftloch)
    het luchtgat; het luchtkanaal; ventilatiekanaal; de luchtkoker; de luchtbuis

Vertaal Matrix voor Luftröhre:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bronchie Luftröhre
longpijp Luftröhre
luchtbuis Luftkanal; Luftloch; Luftröhre; Lüftungsschacht; Zugloch
luchtgat Luftkanal; Luftloch; Luftröhre; Lüftungsschacht; Zugloch
luchtkanaal Luftkanal; Luftloch; Luftröhre; Lüftungsschacht; Zugloch
luchtkoker Luftkanal; Luftloch; Luftröhre; Lüftungsschacht; Zugloch
luchtpijp Luftröhre
trachea Luftröhre
ventilatiekanaal Luftkanal; Luftloch; Luftröhre; Lüftungsschacht; Zugloch

Synoniemen voor "Luftröhre":

  • Trachea

Wiktionary: Luftröhre

Luftröhre
noun
  1. Anatomie: Teil der Atemwege
Luftröhre
noun
  1. anatomie|nld de luchtweg tussen het strottenhoofd tot aan de opsplitsing in de hoofdbronchi

Computer vertaling door derden: