Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Pipi machen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Pipi machen (Duits) in het Nederlands

Pipi machen:

Pipi machen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Pipi machen (Pullern; Pinkeln)
    plasje doen; de plas; het plasje
    • plasje doen [znw.] zelfstandig naamwoord
    • plas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • plasje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Pipi machen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
plas Pinkeln; Pipi machen; Pullern Pfütze; Teich; Tümpel
plasje Pinkeln; Pipi machen; Pullern
plasje doen Pinkeln; Pipi machen; Pullern

Synoniemen voor "Pipi machen":

  • austreten; eine Stange Wasser in die Ecke stellen; harnen; Lulu machen; miktieren; pieseln; pinkeln; pissen; pullern; schiffen; seichen; strullen; urinieren; Wasser lassen

Wiktionary: Pipi machen


Cross Translation:
FromToVia
Pipi machen plassen pee — to urinate
Pipi machen plassen faire pipiuriner.

Verwante vertalingen van Pipi machen