Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Schwelger:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schwelger (Duits) in het Nederlands

Schwelger:

Schwelger [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schwelger (Geniesende)
    de genieter
    • genieter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. der Schwelger (Verwschwender)
    zwelger; de brasser
    • zwelger [znw.] zelfstandig naamwoord
    • brasser [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Schwelger [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Schwelger
    zwelgers; de brassers
    • zwelgers [znw.] zelfstandig naamwoord
    • brassers [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  2. die Schwelger (Genießer)
    de genieters
    • genieters [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor Schwelger:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brasser Schwelger; Verwschwender
brassers Schwelger
genieter Geniesende; Schwelger
genieters Genießer; Schwelger
zwelger Schwelger; Verwschwender Bummler
zwelgers Schwelger

Wiktionary: Schwelger


Cross Translation:
FromToVia
Schwelger zwelger; feestneus reveller — one who revels
Schwelger boemelaar; brasser; losbol; sjap; zwabber; zwierbol; zwijn; zwijnjak bambocheur — (vieilli) désuet|fr marionnettiste.