Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Sieg:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Sieg (Duits) in het Nederlands

Sieg:

Sieg [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Sieg
    de overwinning; de triomf; de zege
    • overwinning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • triomf [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zege [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Sieg (Triumph)
    de triomf; de zegepraal
    • triomf [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zegepraal [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Sieg:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
overwinning Sieg
triomf Sieg; Triumph
zege Sieg
zegepraal Sieg; Triumph

Synoniemen voor "Sieg":


Wiktionary: Sieg

Sieg
noun
  1. das Gewinnen eines (Wett-) Kampfes
Sieg
Cross Translation:
FromToVia
Sieg overwinning; zege victory — an instance of having won a competition or battle
Sieg overwinning; zege victoireavantage qu’on remporter sur les ennemis dans une guerre, dans une bataille.

Verwante vertalingen van Sieg