Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Sträfling:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Sträfling (Duits) in het Nederlands

Sträfling:

Sträfling [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Sträfling (Gefangene; Verhaftete; Häftling)
    de gedetineerde; de gevangene
  2. der Sträfling (geinternierte; Häftling; Gefangene)
    de geïnterneerde

Vertaal Matrix voor Sträfling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gedetineerde Gefangene; Häftling; Sträfling; Verhaftete Häftling
gevangene Gefangene; Häftling; Sträfling; Verhaftete Arrestant; Gefangene; Häftling; Verhaftete; Verurteilte
geïnterneerde Gefangene; Häftling; Sträfling; geinternierte

Synoniemen voor "Sträfling":

  • Gefängnisinsasse; Häftling; Knacki; Verurteilter; Zuchthäusler; Gesetzesbrecher; Krimineller; schwerer Junge; Straftäter; Täter; Verbrecher
  • Arrestant; Gefangener; Gefangengenommener; Inhaftierter; Insasse; Knastbruder; Knasti; Strafgefangener; Verhafteter

Wiktionary: Sträfling


Cross Translation:
FromToVia
Sträfling veroordeelde convict — person convicted of a crime