Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Verwahrung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Verwahrung (Duits) in het Nederlands

Verwahrung:

Verwahrung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Verwahrung (etwas zur Aufbewahrung geben)
    de bewaring; in bewaring geven; toevertrouwen

Vertaal Matrix voor Verwahrung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bewaring Verwahrung; etwas zur Aufbewahrung geben
in bewaring geven Verwahrung; etwas zur Aufbewahrung geben
toevertrouwen Verwahrung; etwas zur Aufbewahrung geben Anvertrauen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
in bewaring geven in Verwahrung geben
toevertrouwen anvertrauen

Synoniemen voor "Verwahrung":

  • Aufbewahrung

Wiktionary: Verwahrung


Cross Translation:
FromToVia
Verwahrung bescherming; behoud; bewaring; handhaving; bewaarder; bewaker; hoeder; wacht; wachter garde — Traductions à trier suivant le sens

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Verwahrung