Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Volk:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. volk:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Volk (Duits) in het Nederlands

volk:


Synoniemen voor "volk":


Volk:

Volk [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Volk (Nation)
    het volk; de natie
    • volk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • natie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Volk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
natie Nation; Volk Land; Nation; Reich; Staat
volk Nation; Volk

Synoniemen voor "Volk":


Wiktionary: Volk

Volk
noun
  1. zusammenlebende Gruppe gleichartiger Tiere
  2. nur Singular: die unteren und mittleren Schichten der Bevölkerung
  3. Leute derselben Abstammung
  4. Leute desselben Staates
  5. viele gleichartige Leute
  6. Gruppe von Menschen mit einer gemeinsamen Kultur, Sprache und Geschichte
Volk
noun
  1. een groep mensen die een aantal dingen gemeenschappelijk hebben, zoals afstamming, taal, gewoontes of overlevering
  2. de inwoners van een land

Cross Translation:
FromToVia
Volk volk folk — inhabitants of a region
Volk volk people — a group of persons forming or belonging to a particular nation etc.
Volk stam tribe — group of people
Volk volk; (ge)peupel peuplemultitude d’hommes qui, vivre habituellement ensemble, partagent les mêmes coutumes.

Völk:


Synoniemen voor "Völk":




Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Volk (Nederlands) in het Duits

Volk vorm van volk:

volk [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het volk (natie)
    Volk; die Nation
    • Volk [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Nation [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor volk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Nation natie; volk bakermat; geboorteland; land; land van herkomst; land van oorsprong; natie; rijk; staat; thuisland; vaderland
Volk natie; volk
- massa

Verwante woorden van "volk":


Synoniemen voor "volk":


Antoniemen van "volk":


Verwante definities voor "volk":

  1. groot aantal mensen bij elkaar1
    • er was veel volk op straat1
  2. grote groep mensen die samen in een land wonen1
    • het Nederlandse volk was erg blij met de bevrijding1

Wiktionary: volk

volk
noun
  1. een groep mensen die een aantal dingen gemeenschappelijk hebben, zoals afstamming, taal, gewoontes of overlevering
  2. de inwoners van een land
  3. een aantal mensen
volk
noun
  1. nur Singular: die unteren und mittleren Schichten der Bevölkerung
  2. Leute derselben Abstammung
  3. Leute desselben Staates
  4. viele gleichartige Leute
  5. Gruppe von Menschen mit einer gemeinsamen Kultur, Sprache und Geschichte

Cross Translation:
FromToVia
volk Zensus census — collect a census
volk Volk folk — inhabitants of a region
volk Leute; Menschen people — a body of human beings; a group of two or more persons
volk Volk people — a group of persons forming or belonging to a particular nation etc.
volk Leute people — a group of persons regarded as being employees etc.
volk Volk peuplemultitude d’hommes qui, vivre habituellement ensemble, partagent les mêmes coutumes.

Verwante vertalingen van Volk