Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Winterzeit

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Winterzeit

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Winterzeit:
- wintertijd; winterseizoen
Wiktionary:
- Winterzeit → wintertijd

Duits

Uitgebreide vertaling voor Winterzeit (Duits) in het Nederlands

Winterzeit:

Winterzeit [die ~] zelfstandig naamwoord

die Winterzeit
de wintertijd; het winterseizoen
- wintertijd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- winterseizoen [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Winterzeit:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
winterseizoen	Winterzeit
wintertijd	Winterzeit

Synoniemen voor "Winterzeit":

kalte Jahreszeit; Winter; Jahreszeit; Saison
Normalzeit; Uhrzeit; Zeit

Wiktionary: Winterzeit

Winterzeit

noun

de tijd zoals die geldt in de winter
- wintertijd → Winter; Winterzeit

Computer vertaling door derden: