Wohnzimmer: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Wohnzimmer:
- woonkamer; zitkamer; huiskamer
Wiktionary:
- Wohnzimmer → woonkamer
- Wohnzimmer → woonkamer, huiskamer, living, zitkamer

Duits

Uitgebreide vertaling voor Wohnzimmer (Duits) in het Nederlands

Wohnzimmer
de woonkamer; de zitkamer; de huiskamer
- woonkamer [de ~] zelfstandig naamwoord
- zitkamer [de ~] zelfstandig naamwoord
- huiskamer [de ~] zelfstandig naamwoord

Wohnzimmer

noun

Raum in einem Haus oder einer Wohnung, der für den Aufenthalt von Personen am Tag bestimmt ist
- Wohnzimmer → woonkamer

Wohnzimmer

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• Wohnzimmer	→ woonkamer; huiskamer; living; zitkamer	↔ living room — room in a private house
• Wohnzimmer	→ woonkamer	↔ séjour — Pièce où on vit