Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Zertifikat

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Zertifikat

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Zertifikat:
- diploma; certificaat; charter; oorkonde
- certificaat; beveiligingscertificaat; digitaal certificaat
Wiktionary:
- Zertifikat → attest, certificaat

Duits

Uitgebreide vertaling voor Zertifikat (Duits) in het Nederlands

Zertifikat:

Zertifikat [das ~] zelfstandig naamwoord

Zertifikat (Urkunde)
het diploma; het certificaat; het charter; de oorkonde
- diploma [het ~] zelfstandig naamwoord
- certificaat [het ~] zelfstandig naamwoord
- charter [het ~] zelfstandig naamwoord
- oorkonde [de ~] zelfstandig naamwoord

Zertifikat

Zertifikat (digitales Zertifikat; Sicherheitszertifikat)
het certificaat; beveiligingscertificaat; digitaal certificaat
- certificaat [het ~] zelfstandig naamwoord
- beveiligingscertificaat
- digitaal certificaat

Vertaal Matrix voor Zertifikat:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
certificaat	Sicherheitszertifikat; Urkunde; Zertifikat; digitales Zertifikat	Leistungszertifikat
charter	Urkunde; Zertifikat	Charter; Mietflugzeug
diploma	Urkunde; Zertifikat	Staatsexamen für das Lehramt an der Primarstufe; schulischer Abschluss
oorkonde	Urkunde; Zertifikat
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
beveiligingscertificaat	Sicherheitszertifikat; Zertifikat; digitales Zertifikat
digitaal certificaat	Sicherheitszertifikat; Zertifikat; digitales Zertifikat

Synoniemen voor "Zertifikat":

Bescheinigung; Beurkundung; Zeugnis
Gütesiegel; Prädikat

Wiktionary: Zertifikat

Cross Translation:

From	To	Via
• Zertifikat	→ attest; certificaat	↔ certificate — a document containing a certified statement