Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: ausdauern

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: ausdauern

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

ausdauern:
- Wiktionary:
  ausdauern → handhaven
- Synoniemen voor "ausdauern":
  abwarten; ausharren; beharren; gedulden; harren; in Geduld üben; warten

Duits

Uitgebreide vertaling voor ausdauern (Duits) in het Nederlands

ausdauern: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

aus: over; uit; klaar; afgelopen; voorbij; af; gereed; voltooid; geëindigd; afgedaan; gedaan; beëindigd; gepleegd; eruit
dauern: blijven; vertoeven; verwijlen; toeven

ausdauern:

Synoniemen voor "ausdauern":

abwarten; ausharren; beharren; gedulden; harren; in Geduld üben; warten

Wiktionary: ausdauern

Cross Translation:

From	To	Via
• ausdauern	→ handhaven	↔ persevere — To persist steadfastly