Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. demütig:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor demütig (Duits) in het Nederlands

demütig:

demütig bijvoeglijk naamwoord

  1. demütig (bescheiden; einfach)
    bescheiden; ootmoedig; nederig; onderdanig
  2. demütig
    deemoedig

Vertaal Matrix voor demütig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bescheiden Scheine; Unterlagen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bescheiden bescheiden; demütig; einfach anspruchslos; bescheiden; diskret; einfach; einfacher Herkunft; nicht hochmütig; niedrig; niedrige; schlicht; unbedeutend
deemoedig demütig
nederig bescheiden; demütig; einfach bescheiden; einfach; einfacher Herkunft; nicht hochmütig; niedrige; schlicht
onderdanig bescheiden; demütig; einfach sklavisch
ootmoedig bescheiden; demütig; einfach

Synoniemen voor "demütig":


Wiktionary: demütig


Cross Translation:
FromToVia
demütig deemoedig; bescheiden humble — thinking lowly of one's self
demütig onderdanig submissive — Meekly obedient or passive
demütig deemoedig; nederig; onderdanig humble — À trier suivant le sens