Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. letzte:
  2. Letzte:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor letzte (Duits) in het Nederlands

letzte:

letzte bijvoeglijk naamwoord

  1. letzte (Hintergestellte; hintere)
    laatste; achterste; finaal

letzte bijvoeglijk naamwoord

  1. letzte (zweite)
    laatste; tweede

Vertaal Matrix voor letzte:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achterste Arsch; Gesäß; Hintern; Letzte
laatste Hintere; Letzte; Schlußlicht
tweede Halbe; Hälfte
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
finaal Hintergestellte; hintere; letzte schief; verkehrt
laatste letzte; zweite
tweede letzte; zweite
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achterste Hintergestellte; hintere; letzte
laatste Hintergestellte; hintere; letzte fortgeschritten; neuste
tweede zweite

Letzte:

Letzte [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Letzte
    laatste; het achterste

Vertaal Matrix voor Letzte:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achterste Letzte Arsch; Gesäß; Hintern
laatste Letzte Hintere; Schlußlicht
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
laatste letzte; zweite
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achterste Hintergestellte; hintere; letzte
laatste Hintergestellte; fortgeschritten; hintere; letzte; neuste

Wiktionary: Letzte


Cross Translation:
FromToVia
Letzte finale final — the last one, the ending
Letzte laatst; laatste dernier — Dans un ensemble trié, l’élément qui arrive après tous les autres.

Verwante vertalingen van letzte