Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: mitbringen

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: mitbringen

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

mitbringen:
- meebrengen; brengen; langs brengen
Wiktionary:
- mitbringen → halen, brengen, bijeenbrengen, meebrengen, meenemen, medenemen, medebrengen, aandragen, bezorgen, aanbrengen

Duits

Uitgebreide vertaling voor mitbringen (Duits) in het Nederlands

mitbringen:

mitbringen werkwoord (bringe mit, bringst mit, bringt mit, bracht mit, mitgebracht)

mitbringen (bringen; mitnehmen; einbringen; herbeibringen)
meebrengen; brengen; langs brengen
- meebrengen werkwoord (breng mee, brengt mee, bracht mee, brachten mee, meegebracht)
- brengen werkwoord (breng, brengt, bracht, brachten, gebracht)
- langs brengen werkwoord

Conjugations for mitbringen:

Präsens

bringe mit
bringst mit
bringt mit
bringen mit
bringt mit
bringen mit

Imperfekt

bracht mit
brachtst mit
bracht mit
brachten mit
bracht mit
brachten mit

Perfekt

habe mitgebracht
hast mitgebracht
hat mitgebracht
haben mitgebracht
habt mitgebracht
haben mitgebracht

1. Konjunktiv [1]

bringe mit
bringest mit
bringe mit
bringen mit
bringet mit
bringen mit

2. Konjunktiv

brächte mit
brächetst mit
brächte mit
brächten mit
brächtet mit
brächten mit

Futur 1

werde mitbringen
wirst mitbringen
wird mitbringen
werden mitbringen
werdet mitbringen
werden mitbringen

1. Konjunktiv [2]

würde mitbringen
würdest mitbringen
würde mitbringen
würden mitbringen
würdet mitbringen
würden mitbringen

Diverses

bring mit!
bringt mit!
bringen Sie mit!
mitgebracht
mitbringend

1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor mitbringen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
langs brengen		Mitnehmen; Vorbeibringen
meebrengen		Mitnehmen; Vorbeibringen
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
brengen	bringen; einbringen; herbeibringen; mitbringen; mitnehmen	abgeben; abliefern; ausliefern; besorgen; bestellen; bringen; ins Haus liefern; ins Haus schicken; liefern; rundbringen; senden; zustellen
langs brengen	bringen; einbringen; herbeibringen; mitbringen; mitnehmen
meebrengen	bringen; einbringen; herbeibringen; mitbringen; mitnehmen

Synoniemen voor "mitbringen":

bringen; herbeibringen; herbeischaffen; herbringen; herschaffen

Wiktionary: mitbringen

Cross Translation:

From	To	Via
• mitbringen	→ halen	↔ get — fetch
• mitbringen	→ brengen; bijeenbrengen; meebrengen; meenemen; medenemen; medebrengen; aandragen; bezorgen; aanbrengen	↔ apporter — porter quelque chose à quelqu’un. usage L’objet du verbe apporter est toujours un inanimé.