Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Vertaal Anhaltspunkt

Vertaal Anhaltspunkt van Duits naar Nederlands

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Anhaltspunkt:
- aanknopingspunt; aanwijzing; steun; steunpilaar; toeverlaat

Duits

Uitgebreide vertaling voor Anhaltspunkt (Duits) in het Nederlands

Anhaltspunkt:

Anhaltspunkt [der ~] zelfstandig naamwoord

der Anhaltspunkt (Anknüpfungspunkt; Wink; Hinweis; Indiz)
het aanknopingspunt; de aanwijzing
- aanknopingspunt [het ~] zelfstandig naamwoord
- aanwijzing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
der Anhaltspunkt (Unterstützung; Stütze; Zuversicht; Hilfe; Entlastung; Halt)
de steun; de steunpilaar; de toeverlaat
- steun [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- steunpilaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- toeverlaat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Anhaltspunkt:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aanknopingspunt	Anhaltspunkt; Anknüpfungspunkt; Hinweis; Indiz; Wink
aanwijzing	Anhaltspunkt; Anknüpfungspunkt; Hinweis; Indiz; Wink	Angabe; Anspielung; Anweisung; Anweizung; Anzeichen; Bote; Fingerzeig; Hinweis; Indikation; Indiz; Instruktion; Richtlinie; Schimmer; Spur; Stichwort; Tip; Verweisung; Vorbote; Vorzeichen; Wink
steun	Anhaltspunkt; Entlastung; Halt; Hilfe; Stütze; Unterstützung; Zuversicht	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben; Arbeitslosengeld; Arbeitslosenhilfe; Assistenz; Beihilfe; Beistand; Familienhilfe; Fürsorge; Halt; Hilfe; Hilfeleistung; Hilfsaktion; Hilfsmittel; Sozialhilfe; Stütze; Unterstützung; Wohlfahrtssorge
steunpilaar	Anhaltspunkt; Entlastung; Halt; Hilfe; Stütze; Unterstützung; Zuversicht
toeverlaat	Anhaltspunkt; Entlastung; Halt; Hilfe; Stütze; Unterstützung; Zuversicht

Synoniemen voor "Anhaltspunkt":

Hinweis; Indiz; Indizienbeweis; Verdachtsgrund