Anstalt in het Nederlands vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Anstalt:
- organisatie; instelling; instantie; lichaam
- psychiatrische inrichting; gekkenhuis; krankzinnigengesticht; krankzinnigeninrichting; dolhuis; inrichting; gesticht
Wiktionary:
- Anstalt → instelling

Duits

Uitgebreide vertaling voor Anstalt (Duits) in het Nederlands

Anstalt:

Anstalt [die ~] zelfstandig naamwoord

die Anstalt (Instanz; Dienststelle; Einrichtung; Stelle; Amt)
de organisatie; de instelling; de instantie; het lichaam
- organisatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- instelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- instantie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- lichaam [het ~] zelfstandig naamwoord

Anstalt [der ~] zelfstandig naamwoord

der Anstalt (Irrenanstalt; psychiatrische Klinik; Einrichtung; Nervenheilanstalt; Irrenhaus)
psychiatrische inrichting; het gekkenhuis; het krankzinnigengesticht; krankzinnigeninrichting; dolhuis; de inrichting; het gesticht
- psychiatrische inrichting [znw.] zelfstandig naamwoord
- gekkenhuis [het ~] zelfstandig naamwoord
- krankzinnigengesticht [het ~] zelfstandig naamwoord
- krankzinnigeninrichting [znw.] zelfstandig naamwoord
- dolhuis [znw.] zelfstandig naamwoord
- inrichting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- gesticht [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Anstalt:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dolhuis	Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik
gekkenhuis	Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik	Irrenanstalt; Irrenhaus
gesticht	Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik
inrichting	Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik	Ausstattung; Einrichtung; Innenausstattung; Wohnungseinrichting; Wonungsausstattung
instantie	Amt; Anstalt; Dienststelle; Einrichtung; Instanz; Stelle	Autorität
instelling	Amt; Anstalt; Dienststelle; Einrichtung; Instanz; Stelle	Abstellung; Anordnung; Einstellung; Errichtung; Geistesverfassung; Gemütslage; Gemütszustand; Gleichschaltung; Gleichstellung; Gründung; Haltung; Mentalität; Scharf stellen; Stiftung
krankzinnigengesticht	Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik
krankzinnigeninrichting	Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik
lichaam	Amt; Anstalt; Dienststelle; Einrichtung; Instanz; Stelle	Anatomie; Korpus; Körper; Leib; Rumpf
organisatie	Amt; Anstalt; Dienststelle; Einrichtung; Instanz; Stelle	Anordnung; Aufbau; Aufeinanderfolge; Aufstellung; Bau; Einteilung; Fusion; Gemeinschaft; Genossenschaft; Geselligkeitsverein; Gesellschaft; Gestaltung; Gilde; Gruppe; Handwerksgilde; Klub; Konstruktion; Korporation; Kreis; Ordnung; Organisation; Rangordnung; Runde; Struktur; System; Verein; Vereinigung; Zusammensetzung
psychiatrische inrichting	Anstalt; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik	Nervenheilanstalt
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gesticht		errichtet; gegründet

Synoniemen voor "Anstalt":

Behörde; Einrichtung; Institut; Institution; Organisation; Unternehmen; Bündelung; Clusterung; Gruppierung

Wiktionary: Anstalt

Anstalt

noun

organisatie, die vaak subsidie van de overheid krijgt en geen geld wil verdienen
- instelling → Anstalt; Einrichtung

Remove Ads

Vertaal Anstalt van Duits naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Anstalt (Duits) in het Nederlands

Anstalt:

Anstalt [die ~] zelfstandig naamwoord

die Anstalt (Instanz; Dienststelle; Einrichtung; Stelle; Amt)

Anstalt [der ~] zelfstandig naamwoord

der Anstalt (Irrenanstalt; psychiatrische Klinik; Einrichtung; Nervenheilanstalt; Irrenhaus)

Vertaal Matrix voor Anstalt:

Synoniemen voor "Anstalt":

Wiktionary: Anstalt