Duits

Uitgebreide vertaling voor Decke (Duits) in het Nederlands

Decke:

Decke [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Decke (Überdachung; Kappe; Plane; )
    het dak; de overdekking; afdekkap; de koepel; de kap; de overkapping
    • dak [het ~] zelfstandig naamwoord
    • overdekking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • afdekkap [znw.] zelfstandig naamwoord
    • koepel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kap [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • overkapping [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. die Decke (Bettdecke; Überdecke)
    de deken; beddedeken; de dek
    • deken [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • beddedeken [znw.] zelfstandig naamwoord
    • dek [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. die Decke (Plafond)
    het plafond
    • plafond [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. die Decke (Schutzdach; Verdeck; Überdachung)
    de kap; het hoofddeksel
    • kap [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hoofddeksel [het ~] zelfstandig naamwoord
  5. die Decke (Teppich)
    de kleed
    • kleed [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  6. die Decke (Abdecktuch)
    de dekkleed
  7. die Decke (Lautstärke; Spalte; Binde; )
    het geluidsniveau; het volume

Vertaal Matrix voor Decke:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afdekkap Bedeckung; Decke; Kappe; Kopfbedeckung; Mütze; Plane; Uniformmütze; Überdachung
beddedeken Bettdecke; Decke; Überdecke
dak Bedeckung; Decke; Kappe; Kopfbedeckung; Mütze; Plane; Uniformmütze; Überdachung
dek Bettdecke; Decke; Überdecke Bedeckung
deken Bettdecke; Decke; Überdecke
dekkleed Abdecktuch; Decke
geluidsniveau Auflage; Auflegung; Ausgabe; Band; Bande; Binde; Bindung; Decke; Diele; Lautstärke; Spalte; Spannung Lärmpegel
hoofddeksel Decke; Schutzdach; Verdeck; Überdachung Hut; Kappe; Kopfbedeckung; Mütze
kap Bedeckung; Decke; Kappe; Kopfbedeckung; Mütze; Plane; Schutzdach; Uniformmütze; Verdeck; Überdachung
kleed Decke; Teppich
koepel Bedeckung; Decke; Kappe; Kopfbedeckung; Mütze; Plane; Uniformmütze; Überdachung Gewölbe; Haube; Helm; Helmdach; Helmdächer; Kuppel; Kuppelgewölbe; Pavillion
overdekking Bedeckung; Decke; Kappe; Kopfbedeckung; Mütze; Plane; Uniformmütze; Überdachung Bedeckung
overkapping Bedeckung; Decke; Kappe; Kopfbedeckung; Mütze; Plane; Uniformmütze; Überdachung
plafond Decke; Plafond Gewölbe; Kuppel; Kuppelgewölbe
volume Auflage; Auflegung; Ausgabe; Band; Bande; Binde; Bindung; Decke; Diele; Lautstärke; Spalte; Spannung Anteil; Auflage; Auflegung; Ausgabe; Band; Bund; Druck; Inhalt; Lautstärke; Volume; Volumen

Synoniemen voor "Decke":


Wiktionary: Decke

Decke
noun
  1. een (vaak dik) doek, met de functie om iemand te bedekken en daarmee warm te houden tijdens de slaap
  2. de bovenkant van een ruimte in een gebouw

Cross Translation:
FromToVia
Decke deken blanket — fabric
Decke plafond; zoldering ceiling — upper limit of room
Decke sprei cover — top sheet
Decke deken; bedekking; deksel; kaft; omslag; kap couverture — Grande pièce d’étoffe épaisse
Decke plafond; zoldering plafond — architecture