Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Fakt:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Fakt (Duits) in het Nederlands

Fakt:

Fakt

  1. Fakt
    het feit
    • feit [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Fakt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
feit Fakt Begebenheit; Eintreten; Ereignis; Geschehen; Tatsache; Vorfall; Vorgang

Synoniemen voor "Fakt":


Wiktionary: Fakt


Cross Translation:
FromToVia
Fakt feit fact — an honest observation
Fakt feit fact — something actual
Fakt feit fact — something which has become real