Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Familienmitglied:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Familienmitglied (Duits) in het Nederlands

Familienmitglied:

Familienmitglied [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Familienmitglied
    het familielid; het gezinslid
  2. Familienmitglied
    het gezinslid

Vertaal Matrix voor Familienmitglied:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
familielid Familienmitglied Verwandte
gezinslid Familienmitglied

Synoniemen voor "Familienmitglied":