Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Laut:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Laut (Duits) in het Nederlands

Laut:

Laut [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Laut (Klang; Ton)
    de klank; de toon; klankgeluid
    • klank [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • toon [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • klankgeluid [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Laut:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
klank Klang; Laut; Ton
klankgeluid Klang; Laut; Ton
toon Klang; Laut; Ton Farbe; Färbung; Klang; Musiknote; Note; Ton; Tonhöhe

Synoniemen voor "Laut":


Wiktionary: Laut

Laut
noun
  1. in het algemeen wordt hiermee het totaal aan eigenschappen van een geluid aangeduid

Cross Translation:
FromToVia
Laut geluid; klank sound — sensation perceived by the ear
Laut geluid; klank; toon; gerucht son — Quelque chose que l’on peut écouter, entendre.

Verwante vertalingen van Laut