Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Motor:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Motor (Duits) in het Nederlands

Motor:

Motor [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Motor (Antrieb; Antriebskraft; Triebkraft)
    de motor; de aandrijving
    • motor [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • aandrijving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. der Motor
    de motor
    – machine die loopt op brandstof 1
    • motor [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • wat voor motor zit er in dit apparaat?1

Vertaal Matrix voor Motor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aandrijving Antrieb; Antriebskraft; Motor; Triebkraft Antrieb; Antriebmechanismus; Antriebskraft; Schub; Triebkraft
motor Antrieb; Antriebskraft; Motor; Triebkraft Kraftwerkzeug

Synoniemen voor "Motor":

  • treibende Feder; treibende Kraft; Treibkraft; Triebfeder; Triebkraft

Wiktionary: Motor

Motor
noun
  1. krachtbron

Cross Translation:
FromToVia
Motor aandrijving; motor engine — mechanical device
Motor motor motor — engine
Motor motor moteur — anatomie|fr muscles qui font se mouvoir un membre.