Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Vormachen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Vormachen (Duits) in het Nederlands

Vormachen:

Vormachen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Vormachen (Zeigen)
    het tonen; voordoen
    • tonen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • voordoen [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Vormachen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tonen Vormachen; Zeigen
voordoen Vormachen; Zeigen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tonen anbieten; aufweisen; aushängen; ausstellen; belegen; beweisen; darbieten; darstellen; erweisen; feilbieten; nachweisen; präsentieren; sehen lassen; vorführen; vorstellen; vorweisen; vorzeigen; zeigen; zur Schau stellen
voordoen ans licht kommen; eintreten; erscheinen; geben; geschehen; heraufkommen; heucheln; passieren; sich ereignen; vorbinden; vormachen; vornehmen; vortun