Duits

Uitgebreide vertaling voor Wesen (Duits) in het Nederlands

Wesen:

Wesen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Wesen (Person; Individuum; Mensch; )
    de persoon; het wezen; het individu; de sterveling; de mens
    • persoon [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • wezen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • individu [het ~] zelfstandig naamwoord
    • sterveling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • mens [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. Wesen (Mensch; Person; Figur; )
    de persoon; de mens; het mensenkind; iemand; het individu; het wezen
    • persoon [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • mens [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • mensenkind [het ~] zelfstandig naamwoord
    • iemand [znw.] zelfstandig naamwoord
    • individu [het ~] zelfstandig naamwoord
    • wezen [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. Wesen (Person; Figur)
    de personage; de figuur
    • personage [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • figuur [de ~] zelfstandig naamwoord
  4. Wesen (Charakter; Natur; Gemüt; Seele; Art)
    het karakter; de mentaliteit; het gemoed; de natuur; de geaardheid; de aard; de inborst; de inslag
    • karakter [het ~] zelfstandig naamwoord
    • mentaliteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • gemoed [het ~] zelfstandig naamwoord
    • natuur [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • geaardheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • aard [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • inborst [de ~] zelfstandig naamwoord
    • inslag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  5. Wesen (Essenz; Kern; Zentrum)
    de essentie; het midden; de kern
    • essentie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • midden [het ~] zelfstandig naamwoord
    • kern [de ~] zelfstandig naamwoord
  6. Wesen (Charakter; Temperament; Natur; )
    de gemoedsgesteldheid; het temperament; de inborst; gemoedsaard

Vertaal Matrix voor Wesen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aard Art; Charakter; Gemüt; Natur; Seele; Wesen Art; Charakter; Gattung; Gesinnung; Naturbezüge; Neigung; Sorte; Tendenz
essentie Essenz; Kern; Wesen; Zentrum
figuur Figur; Person; Wesen Aussehen; Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsform; Figur; Form; Gebilde; Geist; Gestalt; Haltung; Positur; Statur; Typ; Wuchs; Äußere
geaardheid Art; Charakter; Gemüt; Natur; Seele; Wesen Art; Charakter; Gesinnung; Natur; Neigung; Tendenz
gemoed Art; Charakter; Gemüt; Natur; Seele; Wesen
gemoedsaard Art; Charakter; Gemüt; Gemütsart; Natur; Sinnesart; Temperament; Wesen
gemoedsgesteldheid Art; Charakter; Gemüt; Gemütsart; Natur; Sinnesart; Temperament; Wesen Geistesverfassung; Gemutszustand; Gemütslage; Gemütszustand; Laune
iemand Einzelwesen; Figur; Gestalt; Mensch; Menschenkind; Person; Wesen Jemand
inborst Art; Charakter; Gemüt; Gemütsart; Natur; Seele; Sinnesart; Temperament; Wesen Art; Charakter; Gesinnung; Neigung; Tendenz
individu Einzelne; Einzelperson; Einzelwesen; Figur; Gestalt; Herrschaft; Individuen; Individuum; Mensch; Menschenkind; Person; Sterbliche; Wesen Einzelgänger; Einzelne; Einzelperson; Einzelwesen; Figur; Form; Gestalt; Individuum; Typ
inslag Art; Charakter; Gemüt; Natur; Seele; Wesen
karakter Art; Charakter; Gemüt; Natur; Seele; Wesen Art; Charakter; Gesinnung; Neigung; Persönlichkeit; Schriftzeigen; Tendenz
kern Essenz; Kern; Wesen; Zentrum Innere; Innerste; Kern; Mitte; Mittelpunkt; Zentrum
mens Einzelne; Einzelperson; Einzelwesen; Figur; Gestalt; Herrschaft; Individuen; Individuum; Mensch; Menschenkind; Person; Sterbliche; Wesen Mensch; Menschenkind; Person
mensenkind Einzelwesen; Figur; Gestalt; Mensch; Menschenkind; Person; Wesen
mentaliteit Art; Charakter; Gemüt; Natur; Seele; Wesen Einstellung; Haltung; Mentalität
midden Essenz; Kern; Wesen; Zentrum Innere; Kern; Mitte; Mittelpunkt; Zentrum
natuur Art; Charakter; Gemüt; Natur; Seele; Wesen Charakter; Natur
personage Figur; Person; Wesen
persoon Einzelne; Einzelperson; Einzelwesen; Figur; Gestalt; Herrschaft; Individuen; Individuum; Mensch; Menschenkind; Person; Sterbliche; Wesen
sterveling Einzelne; Einzelperson; Einzelwesen; Gestalt; Herrschaft; Individuen; Individuum; Mensch; Menschenkind; Person; Sterbliche; Wesen
temperament Art; Charakter; Gemüt; Gemütsart; Natur; Sinnesart; Temperament; Wesen Feurigkeit; Lebhaftigkeit; Temprament
wezen Einzelne; Einzelperson; Einzelwesen; Figur; Gestalt; Herrschaft; Individuen; Individuum; Mensch; Menschenkind; Person; Sterbliche; Wesen
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
iemand Jemand; Jemand bei Windows Live

Synoniemen voor "Wesen":


Wiktionary: Wesen


Cross Translation:
FromToVia
Wesen wezen being — a living being
Wesen wezen essence — true nature of something
Wesen wezen êtreexistence, c’est-à-dire le fait d’exister, au sens abstrait.

Verwante vertalingen van Wesen