Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. ausphälen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ausphälen (Duits) in het Nederlands

ausphälen:

ausphälen werkwoord

  1. ausphälen (gründen; fundieren)
    onderbouwen; funderen; onderheien
    • onderbouwen werkwoord (onderbouw, onderbouwt, onderbouwde, onderbouwden, onderbouwd)
    • funderen werkwoord (fundeer, fundeert, fundeerde, fundeerden, gefundeerd)
    • onderheien werkwoord

Vertaal Matrix voor ausphälen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
funderen ausphälen; fundieren; gründen begründen auf; beruhen auf; erden; errichten; etablieren; gründen; stiften
onderbouwen ausphälen; fundieren; gründen
onderheien ausphälen; fundieren; gründen