Duits
Uitgebreide vertaling voor dauerhaft (Duits) in het Nederlands
dauerhaft:
-
dauerhaft
-
dauerhaft (rechtschaffen; zuverlässig; gründlich; solide; tauglich; gediegen; tüchtig; stabil; solid; handfest; fest; kräftig; robust; effektiv)
betrouwbaar; deugdelijk; degelijk-
betrouwbaar bijvoeglijk naamwoord
-
deugdelijk bijvoeglijk naamwoord
-
degelijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
dauerhaft (fest)
-
dauerhaft (stabil; solide; stark; robust)
-
dauerhaft (konsistent)
consistent-
consistent bijvoeglijk naamwoord
-
-
dauerhaft (bleibend; ständig; permanent; dauernd; kontinuierlich; andauernd; endgültig; anhaltend; unablässig; unaufhörlich; fortwährend; ununterbrochen)
-
dauerhaft (unerschütterlich; beständig; standhaft; sicher; beharrlich; eisern)
-
dauerhaft (andauernd; kontinuierlich; dauernd; konstant; fortwährend; beständig; anhaltend; permanent; bleibend)
-
dauerhaft (solide; zuverlässig; fest; gediegen; robust; kräftig; tauglich; stabil; handfest)
-
dauerhaft (beständig; stetig; ständig; fortwährend; ununterbrochen; wiederholt)
Vertaal Matrix voor dauerhaft:
Synoniemen voor "dauerhaft":
Computer vertaling door derden: