Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. greis:


Duits

Uitgebreide vertaling voor greis (Duits) in het Nederlands

greis:

greis bijvoeglijk naamwoord

  1. greis (graufarbig; grau; finster; )
    grijs; grauwkleurig

Vertaal Matrix voor greis:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grijs dumpf; dumpfig; düster; falb; farblos; finster; flau; glanzlos; grau; graufarbig; greis grauhaarig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grauwkleurig dumpf; dumpfig; düster; falb; farblos; finster; flau; glanzlos; grau; graufarbig; greis