Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. indem:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor indem (Duits) in het Nederlands

indem:

indem bijvoeglijk naamwoord

  1. indem (dadurch)
    doordat
  2. indem (gleichwie; wie; als; )
    zoals; naar
    • zoals bijvoeglijk naamwoord
    • naar bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor indem:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
naar als; da; denn; gemäß; gleichwie; indem; indes; indessen; ja; so; weil; wie; wo; wogegen; während ekelhaft; eklig; elend; erbärmlich; gegen; irgendwohin; kaltherzig; lästig; miserabel; nach; schlecht; schwer; störend; trübselig; trübsinnig; unangenehm; unbequem; unpäßlich; widerlich; zu; zur; übel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
doordat dadurch; indem
zoals als; da; denn; gemäß; gleichwie; indem; indes; indessen; ja; so; weil; wie; wo; wogegen; während

Synoniemen voor "indem":


Wiktionary: indem


Cross Translation:
FromToVia
indem per; op; door by — indicates a means