Duits
Uitgebreide vertaling voor lärmig (Duits) in het Nederlands
lärmig:
-
lärmig (laut; lautstark)
rumoerig; luid; luidruchtig; lawaaierig-
rumoerig bijvoeglijk naamwoord
-
luid bijvoeglijk naamwoord
-
luidruchtig bijvoeglijk naamwoord
-
lawaaierig bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor lärmig:
| Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| lawaaierig | laut; lautstark; lärmig | |
| luid | laut; lautstark; lärmig | aus vollem Halse; aus voller Kehle; fest; gefühllos; geräuschvoll; hart; herb; hörbar; kaltblütig; laut; lauthals; lautstark; lärmend; sauer; schnell; schrill; schwierig; steif; streng; tosend; unsanft |
| luidruchtig | laut; lautstark; lärmig | |
| rumoerig | laut; lautstark; lärmig |