Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. modifizieren:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor modifizieren (Duits) in het Nederlands

modifizieren:

modifizieren werkwoord (modifiziere, modifizierst, modifiziert, modifizierte, modifiziertet, modifiziert)

  1. modifizieren
    modificeren; veranderen; wijzigen; herzien; amenderen; omwerken
    • modificeren werkwoord (modificeer, modificeert, modificeerde, modificeerden, gemodificeerd)
    • veranderen werkwoord (verander, verandert, veranderde, veranderden, veranderd)
    • wijzigen werkwoord (wijzig, wijzigt, wijzigde, wijzigden, gewijzigd)
    • herzien werkwoord (herzie, herziet, herzag, herzagen, herzien)
    • amenderen werkwoord (amendeer, amendeert, amendeerde, amendeerden, geamendeerd)
    • omwerken werkwoord (werk om, werkt om, werkte om, werkten om, omgewerkt)
  2. modifizieren (ändern; verändern; umgestalten; abändern; umändern)
    wijzigen
    • wijzigen werkwoord (wijzig, wijzigt, wijzigde, wijzigden, gewijzigd)

Conjugations for modifizieren:

Präsens
  1. modifiziere
  2. modifizierst
  3. modifiziert
  4. modifizieren
  5. modifiziert
  6. modifizieren
Imperfekt
  1. modifizierte
  2. modifiziertest
  3. modifizierte
  4. modifizierten
  5. modifiziertet
  6. modifizierten
Perfekt
  1. habe modifiziert
  2. hast modifiziert
  3. hat modifiziert
  4. haben modifiziert
  5. habt modifiziert
  6. haben modifiziert
1. Konjunktiv [1]
  1. modifiziere
  2. modifizierest
  3. modifiziere
  4. modifizieren
  5. modifizieret
  6. modifizieren
2. Konjunktiv
  1. modifizierte
  2. modifiziertest
  3. modifizierte
  4. modifizierten
  5. modifiziertet
  6. modifizierten
Futur 1
  1. werde modifizieren
  2. wirst modifizieren
  3. wird modifizieren
  4. werden modifizieren
  5. werdet modifizieren
  6. werden modifizieren
1. Konjunktiv [2]
  1. würde modifizieren
  2. würdest modifizieren
  3. würde modifizieren
  4. würden modifizieren
  5. würdet modifizieren
  6. würden modifizieren
Diverses
  1. modifizier!
  2. modifiziert!
  3. modifizieren Sie!
  4. modifiziert
  5. modifizierend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor modifizieren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
amenderen Abwandeln; Amendieren
modificeren Abwandeln; Amendieren
veranderen Abwandeln; Abwechsellung; Abänderung; Amendieren; Metamorphose; Mutieren; Transformation; Umstellung; Umwandlung; Verwandlung; Verändern; Veränderung; Wandlung; Wechsel
wijzigen Abwandeln; Abwechsellung; Abänderung; Amendieren; Metamorphose; Transformation; Umstellung; Umwandlung; Verwandlung; Veränderung; Wandlung; Wechsel
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
amenderen modifizieren
herzien modifizieren abhelfen; abwandeln; abwechseln; abändern; amendieren; anfertigen; aufbessern; ausbauen; ausbessern; auswirken; berichtigen; bessern; bilden; eintauschen; entarten; entfalten; entstehen; ergänzen; erneuern; erschaffen; flattern; korrigieren; reformieren; renovieren; revidieren; tauschen; variieren; verbessern; verfertigen; vervollkommnen; verändern; wechseln; ändern; überprüfen
modificeren modifizieren
omwerken modifizieren umpflügen; unterpflügen
veranderen modifizieren abwandeln; abwechseln; abändern; amendieren; anfertigen; ausbauen; auswirken; bilden; eintauschen; entarten; entfalten; entstehen; erschaffen; flattern; tauschen; variieren; verfertigen; verwandeln; verändern; wechseln; ändern
wijzigen abändern; modifizieren; umgestalten; umändern; verändern; ändern abwandeln; abwechseln; abändern; amendieren; anfertigen; ausbauen; auswirken; bilden; eintauschen; entarten; entfalten; entstehen; erschaffen; flattern; tauschen; variieren; verfertigen; verändern; wechseln; ändern

Synoniemen voor "modifizieren":


Wiktionary: modifizieren


Cross Translation:
FromToVia
modifizieren modificeren; veranderen modify — to make partial changes to
modifizieren modificeren; wijzigen modifierchanger une chose dans quelqu’une de ses parties.