Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor qualmen (Duits) in het Nederlands

qualmen:

qualmen werkwoord (qualme, qualmst, qualmt, qualmte, qualmtet, gequalmt)

  1. qualmen (rauchen)
    roken
    – loslaten van grijze wolken 1
    • roken werkwoord (rook, rookt, rookte, rookten, gerookt)
      • het vuur rookt behoorlijk1
  2. qualmen (dampfen; rauchen)
    stomen; dampen; uitwasemen; wasemen
    • stomen werkwoord (stoom, stoomt, stoomde, stoomden, gestoomd)
    • dampen werkwoord (damp, dampt, dampte, dampten, gedampt)
    • uitwasemen werkwoord (wasem uit, wasemt uit, wasemde uit, wasemden uit, uitgewasemd)
    • wasemen werkwoord (wasem, wasemt, wasemde, wasemden, gewasemd)
  3. qualmen
    walmen; walm afgeven
  4. qualmen (dunsten; dampfen)
    verdampen; dampen; rook afgeven
    • verdampen werkwoord (verdamp, verdampt, verdampte, verdampten, verdampt)
    • dampen werkwoord (damp, dampt, dampte, dampten, gedampt)
    • rook afgeven werkwoord

Conjugations for qualmen:

Präsens
  1. qualme
  2. qualmst
  3. qualmt
  4. qualmen
  5. qualmt
  6. qualmen
Imperfekt
  1. qualmte
  2. qualmtest
  3. qualmte
  4. qualmten
  5. qualmtet
  6. qualmten
Perfekt
  1. habe gequalmt
  2. hast gequalmt
  3. hat gequalmt
  4. haben gequalmt
  5. habt gequalmt
  6. haben gequalmt
1. Konjunktiv [1]
  1. qualme
  2. qualmest
  3. qualme
  4. qualmen
  5. qualmet
  6. qualmen
2. Konjunktiv
  1. qualmte
  2. qualmtest
  3. qualmte
  4. qualmten
  5. qualmtet
  6. qualmten
Futur 1
  1. werde qualmen
  2. wirst qualmen
  3. wird qualmen
  4. werden qualmen
  5. werdet qualmen
  6. werden qualmen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde qualmen
  2. würdest qualmen
  3. würde qualmen
  4. würden qualmen
  5. würdet qualmen
  6. würden qualmen
Diverses
  1. qualm!
  2. qualmt!
  3. qualmen Sie!
  4. gequalmt
  5. qualmend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor qualmen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dampen Dämpfe; Düfte
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dampen dampfen; dunsten; qualmen; rauchen rauchen
roken qualmen; rauchen
rook afgeven dampfen; dunsten; qualmen
stomen dampfen; qualmen; rauchen
uitwasemen dampfen; qualmen; rauchen
verdampen dampfen; dunsten; qualmen evaporieren; verdampfen; verfliegen; zunehmen
walm afgeven qualmen
walmen qualmen riechen; stinken
wasemen dampfen; qualmen; rauchen

Synoniemen voor "qualmen":

  • eine anstecken; eine Zigarette anstecken; eine durchziehen; paffen; quarzen; rauchen; schmöken
  • rußen; schwelen